Publicaties van het COB
Publicaties van het Centraal Overleg Bouwconstructies
Gepubliceerde persberichten, gepubliceerde artikelen en rapporten.
Wapenen van kolomplaten.
Vraag aan normcommissie VC20
Aan : normcommissie VC-20
Gevraagd : standpunt van de commissie aangaande onderstaand
onderwerp en aanvulling in detailleringsregels in de NEN 6720.
Onderwerp : De detailleringsregels voor de wapening in een kolomplaat boven een
puntvormige ondersteuning geven geen uitsluitsel en zijn onduidelijk
over de wijze van wapenen van de onderzijde van de kolomplaat en
over het horizontale vlak tussen kolomplaat en vloer.
Standpunt : De kolomplaat zou een minimale onderwapening moeten hebben en
tevens een minimale hoeveelheid open beugels, verankerd in de
steunpuntsbuigwapening.
Onderbouwing van het standpunt:
Belangrijkheid van de kolomplaat
-
De kolomplaat kan als integrerend onderdeel voor de vertikale belastingafdracht worden beschouwd en derhalve zijn detailleringsregels te verwachten.
-
In de toelichting van art. 8.3.2 worden de bezwijkvormen van dwarskrachtafdracht en buigtrekspanningen onder de aandacht gebracht. Bezwijken op dwarskracht is bros en heeft geen mogelijkheid tot herverdeling. Dat het spanningsbeeld boven de puntvormige ondersteuning onveranderd dient te blijven wordt nog eens ondersteund door art. 7.5.3.7 waarin wordt bepaald dat de steunpuntsmomenten niet mogen worden verlaagd. Verondersteld is dat de rekenregels voor de ponscontrole zodanig zijn dat de buigwapening boven het steunpunt zal vloeien voordat dwarskrachtbreuk optreedt.
-
Het evenwicht van de ponskracht Fd in de periferie, zie toelichting art. 8.3.2 ?.. Fd ? als .. resultante van de betontrekspanningen ..? houdt in dat de vertikale (trek-)component over de hoogte van de periferie en dus ook op de overgang van vloerdikte naar kolomplaatdikte aanwezig is.
-
Voorgaand punt wordt duidelijk wanneer ponswapening volgens art. 9.11.1.6 moet worden toegepast; de ponswapening moet gelegd worden om de hoofdwapening volgens figuur 96 en de ?ophang?functie wordt hieruit duidelijk; dit krachtenmodel treedt ook op indien geen ponswapening nodig is. Overigens wordt geformuleerd dat de ponswapening ?om de hoofdwapening? moet, echter de onderwapening wordt nergens benoemd noch gekwantificeerd cq. in detailleringsregels aangegeven.
-
De mogelijkheden voor ongewapende betonconstructies art. 8.1.6 zijn beperkt.
-
Voor rand- en hoekkolommen is wel een onderwapening noodzakelijk: deze wringmomenten worden alleen afhankelijk gesteld van het inklemmingsmoment Msd. Van een middenkolom is evenwel bekend dat de schuifspanningen opgebouwd zijn uit een aandeel buiging en een aandeel wringing, maar er zijn geen detailleringsregels voor de wringcomponent, ook niet bij excentrisch belaste periferie.
Overwegingen in verband met de vloerdikte en scheurvorming
-
Bij dikke platen volgens art. 9.11.1.3 moet er een ondernet aanwezig zijn; veronderstelde beperking van scheurvorming moet met wapening aan de buitenzijde, dus ook onderin de kolomplaat, worden tegengegaan om inleidende scheurvorming voor de hele periferie te voorkomen.
-
Kolomplaat kan niet vrij krimpen op de overgang van vloerdikte naar kolomplaatdikte.
Afsluitend zou ik onder de aandacht willen brengen dat de VBC steeds vaker wordt gebruikt als ?kookboek? en met name in die situaties waarin de VBC geen of onduidelijke informatie bevat. De constructeur/gebruiker meent daarmee een juridisch handvat te hebben om detaillering niet toe te passen indien deze niet beschreven is.
Om de verschillende antwoorden uit de praktijk eenduidiger te kunnen formuleren zouden de regels van de VBC scherper geformuleerd en/of uitgebreid moeten worden. Een voorschrift dat op dit punt veelvuldiger wijzigd of misschien wel een voorschrift met een ?interpretatie-norm? m?t een juridische status zou dus welkom zijn. Kan de VC-20 hierin een rol spelen?
Antwoord van NEN/CUR 351 001 09/VC20
De commissie is van mening dat de doorgaande onderwapening onderin de kolomplaat moet worden aangebracht. Deze onderwapening moet voldoende verankerd zijn aan de onderwapening in de vloer. De commissie is tevens van mening dat er niet in iedere situatie (open)beugels toegepast hoeven te worden, de noodzaak hiervoor volgt eventueel uit een berekening. Als Ponswapening benodigd is, moet deze om de hoofdwapening worden aangebracht